zondag 9 december 2007

Vonkje


Soms ga je gezellig bij de pakken neerzitten
Is de inspiratie even weg
Kun je alleen nog maar denken, o wat heb ik een pech

Toch is er een klein vonkje in jezelf
Die van geen ophouden weet
Dat vonkje dat je doet zeggen, lik allemaal mijn reet!

Dit vonkje is er altijd geweest
Dit vonkje zal er ook altijd zijn
Jou krijgen ze niet klein

Jij wilt vooruit
Vooruit in het leven, op weg naar dat licht
Het licht dat zo mooi straalt

In je eigen tempo neem je kleine en soms grote stappen
Maak je dingen mee die voor anderen niet zijn te behappen
Ontvang je veel liefde maar soms ook klappen

Weet je diep in je liefdevolle hart
Alleen de beste leerlingen krijgen de zwaarste taken
En ben je vastbesloten al het karma te kraken.

Peter Barkum © ® 09-12-2007
Deze krabbel mag NIET worden gedeeld.

zondag 24 juni 2007

Gesprek met een vreemde - Conversation with a stranger

 (Scroll down for English)

Ik zat net in een boek over Rudolf Steiner van Hans Stolp te lezen en las een stuk over mensen die een Christus verschijning hebben meegemaakt.
Ik moest denken aan mijn eigen "vermoed ik" ontmoeting met de Christus in 1989 en hoe dat, net als bij die vele andere die eenzelfde ervaring hebben gehad, hun leven totaal veranderde.

We schrijven zaterdag 13 Mei 1989, ik was dakloos en zwierf dus wat rond. Ik was die avond in de stad geweest zonder enige reden overigens. Hetgeen ik daar zag “bierdrinkende, lalande mensen en een vechtpartij”  beviel me geenszins dus ik maakte me weer snel uit de voeten. Ik vroeg me af waarom mensen zich ieder weekend vol gooide met alcohol en de vreemdste capriolen gingen uithalen tot zelfs een agressieve vechtpartij. Zelf moet ik zo goed als niets van alcohol hebben. De keren dat ik iets gebruik is echt bij hoge uitzondering. Dit is waarschijnlijk omdat ik al teveel doden heb gezien door alcohol waaronder mijn moeder en mijn oma.

Al mijmerend over wat ik had gezien en mijn eigen situatie begaf ik me op weg naar mijn slaapplaats ergens in de bossen. Toen ik bij het Elisabeth gasthuis was “het vroegere ziekenhuis” liep er in eens geheel uit het niets een man naast me die me aansprak. Ben je in de stad geweest vroeg hij? Ik antwoorden van ja maar was snel weer vertrokken omdat wat ik zag me niet beviel. O, je heb dus het vechten gezien zei de man. Ik antwoorden van ja. Waar ga je naar toe? Och naar waar de wind mij brengt antwoorden ik hem melancholisch. Heb je geen huis dan? Nee antwoorden ik hem, ik ben dakloos. Maar waar slaap je dan als ik dat vragen mag? Dat mag zei ik glimlachend, ik slaap in de bossen hier in de buurt. Heb je dan geen ouders meer die voor een slaapplaats kunnen zorgen? Ik heb wel ouders, tenminste nog een vader maar daar heb ik geen contact meer mee.

Het was even stil en van uit een ooghoek observeerde ik deze uit het niets verschenen man. De man verbrak de stil en vroeg of ik in het koninkrijk van God geloofde. Deze vraag had ik niet verwacht en ik moest even nadenken. Ik beantwoorden hem met een weder vraag. Bestaat er wel een God? Wat denk jij vroeg de man. Ach antwoorden ik, kijkend naar mijn eigen situatie en naar de situatie in de wereld dan durf ik dat wel eens te betwijfelen. Als ik dan de schoonheid bezie van de natuur waar ik tegenwoordig heel vaak verblijf dan moet er toch iemand zijn geweest die dat heeft geschapen, dus geloof ik in God en hoop ik dat zijn koninkrijk heel snel zal komen, al was het alleen maar om al die mensen die in nood verkeren te helpen.

Zeg je dat laatste uit eigen belang of uit erbarmen voor je mede mens vroeg de man. In het belang van mij zelf zeg ik zelden iets antwoorden ik. Als je wilt kun je wel bij mij de nacht doorbrengen zei de man uit het niets. Dan heb je in ieder geval een nacht een warm en droog bed. Ik keek de man indringend aan in zijn helder blauwe en vriendelijk kijkende ogen. Erg vriendelijk van u zei ik maar ik verkies het bos als u het niet erg vindt want daar liggen ook mijn spullen. Wat jij wilt zei de man en keek me vriendelijk aan. Zijn ogen waren prachtig blauw en gaven me een heel rustig gevoel. We liepen nog een paar honderd meter samen toen de man zei, ik ga hier af de weg omhoog. Ik ga rechtdoor zei ik. Ik wens je heel veel sterkte zei de man en bid tot God de Vader, hij zal je horen. Ik dankte al handenschuddend de man voor het gesprek en groeten hem.

De man liep de straat in waar die naar toe moest en ik drukte op het knopje van het oversteeklicht. Toen ik weer opkeek was de man verdwenen. Al zoekende speurde mijn ogen de straat af waar de man gebleven kon zijn. Ik liep zelfs een stukje de straat in om te zien of ik hem ergens kon vinden maar hij was echt verdwenen zonder dat hij ergens een huis in kon of zoiets. Ik stak de weg over en begon me af te vragen waar die man gebleven kon zijn? Hij was er in eens en nu was hij in eens verdwenen, ik snapte er niets van. De gehele weg heb ik erover nagedacht maar ik kon geen plausibele verklaring geven voor wat er was gebeurd. Toen ik bij mijn slaapplaats aankwam in het bos ging ik op mijn knieƫn zitten en bad tot God zoals de man mij had gezegd.

Peter68 © ® 24-06-2007

Conversation with a stranger

I was just reading a book about Rudolf Steiner by Hans Stolp and read a piece about people who have experienced a Christ appearance.
I was reminded of my own "I guess" encounter with the Christ in 1989 and how that, like many others who had a similar experience, completely changed their lives.

We are writing Saturday, May 13, 1989, I was homeless and so wandered around. I had been in town that night for no reason at all. I didn't like what I saw there “drinking beer, lalande people and a fight” so I quickly left. I wondered why people threw themselves into alcohol every weekend and get into the craziest antics, even getting into an aggressive brawl. I myself don't like alcohol at all. The times I use something are really exceptional. This is probably because I have seen too many deaths from alcohol including my mother and my grandmother.

While musing on what I had seen and my own situation I made my way to my sleeping place somewhere in the woods. When I was by the Elisabeth hospice “the former hospital” suddenly a man walked next to me and spoke to me. Have you been to town he asked? I answer yes but left quickly because I didn't like what I saw. Oh, so you've seen the fighting, said the man. I answer yes. Where are you going? Oh, to where the wind takes me I answer him melancholy. Don't you have a house then? No I answer him, I am homeless. But where do you sleep if I may ask? I said with a smile, I sleep in the woods around here. Do you no longer have parents who can provide a place to sleep? I do have parents, at least a father, but I have no contact with them anymore.

There was a moment of silence and from the corner of my eye I observed this man appearing from nowhere. The man broke the silence and asked if I believed in the kingdom of God. I was not expecting this question and I had to think for a moment. I answer him with another question. Does God Exist? What do you think asked the man. Well, I answered, looking at my own situation and at the situation in the world, then I sometimes dare to doubt that. Then when I look at the beauty of nature where I often stay these days there must have been someone who created it, so I believe in God and hope that his kingdom will come very soon, if only for all to help those in need.

Do you say the latter out of self-interest or out of compassion for your fellow man, asked the man. For my own sake I seldom say anything I answered. If you want you can spend the night with me, the man said out of the blue. Then you will have a warm and dry bed for at least one night. I looked intently at the man in his clear blue and friendly looking eyes. Very kind of you, I said, but I prefer the forest if you don't mind, because that's where my personal effects are too. okay said the man and looked at me kindly. His eyes were a beautiful blue and gave me a very calm feeling. We walked together for a few more hundred meters when the man said, I'm going up the road here. I'm going straight on I said. I wish you a lot of strength said the man and pray to God the Father, he will hear you. I shook his hand and thanked him for the conversation and greeted him.

The man walked into the street where he had to go and I pressed the button of the crossing light. When I looked up again, the man was gone. Searching, my eyes scanned the street where the man could have gone. I even walked down the street a bit to see if I could find him anywhere but he had really disappeared with no place to go into a house or anything. I crossed the road and began to wonder where that man could have gone? He was there once and now he had disappeared all of a sudden, I couldn't understand it. I thought about it all the way through but couldn't come up with a plausible explanation for what had happened. When I arrived at my sleeping place in the forest, I got down on my knees and prayed to God as the man had told me.

Peter68 © ® 24-06-2007